Skip to main content

12 dagen in de Cycladen: mijn ervaringen als solo eilandhopper

Nooit had ik gedacht dat ik zo veel in mijn eentje zou meemaken in zo’n kort tijdsbestek.

a thought by Kees van Voorthuizen 4 months ago

An English 🇬🇧 version of this story will follow soon.

⚠️ Hier wordt nog aan gewerkt. Ondertussen kun je het blog verder lezen op Medium.

Eerst even dit

Nooit had ik gedacht dat ik zo veel in mijn eentje zou meemaken in zo’n kort tijdsbestek. Voor ik op reis ging had ik totaal geen idee wat ik kon verwachten. Ik had uitsluitend vliegtickets geboekt en een hotelreservering staan voor de eerste paar nachten. Bewust koos ik ervoor om alle dagen die daarna zouden volgen open te laten. De dag voor mijn vertrek verwijderde ik al mijn social media. En daar heb ik goed aan gedaan.

Ik heb voor lastige keuzes gestaan, eenzame momenten gehad, wilde stapavonden beleefd, tientallen reizigers ontmoet, mysterieuze cocktails gedronken, heerlijk Mediterraans gegeten, in de helblauwe Egeïsche Zee gezwommen, kilometers gewandeld, bergen beklommen, ruïnes uit de Oudheid bezocht, kiekjes op zee gemaakt — en vooral de tijd van mijn leven gehad.

Toen ik het plan aan het thuisfront voorlegde, was iedereen er erg sceptisch over. Ondanks de angst en zorgzaamheid, kreeg ik gaandeweg steeds meer begrip van mijn familie.

Deze reis had ik niet zo goed kunnen beleven zonder de eindeloze steun en liefde van mijn vader. Hij stond altijd voor mij klaar, vooral toen ik ziek werd. Daar wil ik hem dan ook enorm voor bedanken.

Ik ben geen literair wonder of zo. Ik heb tevens nog nooit iets geschreven voor anderen om te lezen. Toch wil ik mijn verhaal met de wereld delen. Dit, in de hoop mensen te inspireren met mijn verhaal. Met mijn papieren dagboekje waar ik elke dag mijn ongezouten ervaringen en gevoelens in schreef als fundament. Krijg je die te lezen? Nee, maar ik zal proberen bij de feiten te blijven. Goed, here goes nothing.

Ter nagedachtenis van mijn lieve en altijd opgewekte moeder, als stewardess had zij een groot hart voor de wereld verkennen, sferen proeven en leven in het moment. Mensen zouden eens moeten weten hoeveel ik van haar heb geleerd.


Μύκονος (Mykonos)

Dag 1

Vroeg in de ochtend vloog ik van Schiphol naar de luchthaven van Mykonos. Transavia had een tekort aan vliegtuigen, waardoor een hoop vluchten geschrapt werden en een aantal — zoals die van mij — door een andere airline verzorgd werden. In mijn geval dus het Kroatische ETF Airways. Nou vind ik het over het algemeen geen ramp als er zo’n wisseling plaatsvindt, maar deze Boeing 737 had echt bar weinig beenruimte. En ik zal er niet omheen draaien: ik ben een lange slungel.
Het werd nog interessanter toen de passagier voor mij het voor zichzelf comfortabel wilde maken door diens stoel helemaal achterover te buigen, waardoor ik in een soort foetushouding kwam te zitten. Genoeg geklaag weer, voor de rest verliep de vlucht vlekkeloos en heb ik mij prima vermaakt.

Het vliegtuig maakte een vrij harde landing en moest veel remmen, omdat de landingsbaan van Mykonos Airport opvallend kort is. Eenmaal aangekomen op de luchthaven volgde ik de borden naar de openbare busdienst en maakte ik een praatje met een stel vakantiegangers. Dat waren overigens de eerste en meteen een van de laatste Nederlandse toeristen die ik ben tegengekomen tijdens dit reisje; er waren opvallend weinig Nederlanders te bekennen zo net voor het hoogseizoen. Toen de bus kwam, laadde ik mijn backpack in het bagageruim en stapte ik in.

Op een gegeven moment zag ik dat de bus het stadje binnenreed, dus mijn eerste gedachte was om uit te stappen toen de deuren opengingen. Ik liep de bus uit, zag de deuren sluiten en de buschauffeur wegrijden — met mijn bagage nog steeds in het ruim! Ik zwaaide, maar hij zag mij niet meer. Goed begin, dacht ik. Ik liet mij er niet verder door leiden en besloot naar het hotel te lopen. Daar werd ik erg vriendelijk ontvangen door de familie die het hotel runt. Ze zagen dat ik bezweet was en vroegen of er iets was gebeurd onderweg; ik vertelde hen over mijn mishap. Ik bedacht mij ineens dat ik mijn buskaartje (met tijdcode erop) bewaard had. Zonder twijfel belde de receptioniste met de buschauffeur die op het kaartje vermeld stond.

Ondertussen verkende ik Mykonos’ Chora (hoofdstad) te voet. Meteen kreeg ik al een paar eerste indrukken van het prachtige stadje. De windmolens die uitkijken op zee zijn de kers op de taart op dit eiland.

Toen ik daar mijn eerste broodje gyros naar binnen gewerkt had, kreeg ik een belletje dat mijn tas was gevonden en naar het buskantoortje aan de haven gebracht was. De mensen daar moesten om mij lachen, ze dachten vast: daar zul je weer zo’n verdwaalde toerist hebben.

Terug bij het hotel raakte ik in gesprek met een stel Britten. Ze stelden voor om diezelfde avond een drankje in Chora te doen. Dat is er niet van gekomen uiteindelijk, maar ik heb wel hun suggestie om ouzo te proberen gevolgd.

In het zwembad koelde ik af van het vele lopen. Aan de bar maakte ik een praatje met de kleindochter van de eigenaresse van het hotel. We hadden het over vakantieplannen, hoe het is voor mij om alleen te reizen, de sfeer op de Griekse eilanden (en voornamelijk de Cycladen), angsten en onzekerheden, enzovoorts. Opeens viel de stroom uit tijdens ons gesprek.
Ze vertelde mij dat de inwoners van Mykonos regelmatig stroomuitvallen hebben, omdat de stroom geleverd wordt vanuit Athene.
Ik leerde drie Griekse woordjes kennen:

yássas: hallo (m.v.)

yássou: hallo (e.v.)

yamas: proost

Diezelfde avond heb ik heerlijk avondgegeten bij een visrestaurant in Chora. Bij het afrekenen kreeg ik een shot aangeboden die naar dennennaalden smaakte. Vreemd, maar toch lekker. Ik sloot de dag af met een uitzicht op zee en nam een kijkje bij het havenhoofd.

Op de eilanden viel mij op dat de lucht zo helder is, dat je de sterren kunt zien. Ik leerde ook een nieuw begrip:

meltemi: droge, noordelijke wind die in de zomer over de Egeïsche Zee waait

Toen ik terugliep naar het hotel, ervaarde ik een kortstondig gevoel van eenzaamheid. Misschien kwam het door de indrukken die ik overdag en ‘s avonds heb opgedaan. Ze deden mij vaag denken aan een tijd waarin we nog als gezin op vakantie gingen.

Dag 2

De eerste dag zat er alweer op. De volgende ochtend werd ik uit mezelf wakker en heb ik een heerlijk ontbijtje gehad aan het zwembad. De eigenaresse — een geweldig gastvrije dame— leidde mij rond door het buffet. Na het ontbijt kocht ik een retourtje bij een agentschap die tours naar het onbewoonde eiland Delos bewerkstelligen. Ik dronk een bakkie pleur aan de Old Port en nam niet veel later de Delos Express. De man aan de balie wilde mijn bevestigingsmail controleren. Ik zocht in mijn inbox naar het mailtje en dacht dat ik de juiste gevonden had, dit bleek echter niet zo te zijn. Nou zou je verwachten dat de man mijn telefoon teruggaf. Fout. Hij ging heel mijn inbox af, op zoek naar het mailtje. Hier moest ik wel even om lachen. Grieken hebben het niet zo erg op privacy, geloof ik.

Binnen een half uurtje kwam ik aan op Delos. Even wat achtergrondinformatie: Delos is dus een onbewoond eiland dat deel uitmaakt van Mykonos. Het heeft een oppervlakte van circa 3 km² en staat bekend als heilige geboorteplaats van de Griekse goden Apollo en Artemis, volgens de mythologie. Ook is het een van de grootste archeologische vindplaatsen in Griekenland.
Wanneer je het eiland betreedt, lijkt het alsof je met één been in de Oudheid stapt. Overal waar je kijkt zie je overblijfselen van tempels, standbeelden en pleinen.

Klein probleempje. Ik had er even niet bij stilgestaan dat er geen horeca of eetvoorzieningen op dit spookeiland te vinden zijn. Ik moest het dus vier uur lang zien uit te houden met een half zakje borrelnootjes en een flesje water. Oeps.
Ondertussen verkende ik het eiland wat verder. Mijn oog viel op een vrij steile trap die naar de top van Mount Kynthos leidt. Hier stond ik voor de keuze: ga ik deze klim maken op een lege maag, of doe ik er verstandiger aan om gewoon hier beneden wat rond te slenteren? Natuurlijk koos ik voor het onverstandige plan.

Op weg naar de trap ontmoette ik twee aardige toeristen uit Hong Kong. Ze vroegen mij waar het theater zich bevindt — ik zei dat ik geen idee had, maar stelde voor om een foto van hen te maken op de bergtop. Bovenaan de bergtop (zie omslagfoto) had ik een prachtig uitzicht over het eiland: ik keek uit op het haventje, de zee en de ruïnes. Met de toeristen maakte ik een kort praatje. Ze vroegen naar mijn leeftijd en reageerden erg verbaasd toen ik zei dat ik net twintig ben geworden. Ook stonden ze erop om foto’s van mij te maken.

De wind was hier zo krachtig dat ik spontaan een bloedneus kreeg. In mijn rugtas was ik op zoek naar een pakje zakdoeken, maar op het moment dat ik het voorvak opende waaide mijn bootticket voor de terugreis van de klif af. Hoe verzin je het.
Ik begon aan mijn afdaling en wandeling terug naar het haventje.
Onderweg vond ik per toeval het theater waar de toeristen naar vroegen.

Het personeel op de boot vond het niet erg dat ik mijn kaartje verloren was, gelukkig maar. De boottocht terug was best spannend, er waren namelijk erg stevige rukwinden op zee. Zeewater kwam als een soort ‘spray’ over het dek heen.

Terug in de haven heb ik een fantastische late meze gehad en dronk ik een frisse cocktail van gemberbier en rum.

Het gekke is dat ik mij op geen enkel moment heb verveeld. Op Mykonos wist ik al dat die verveling ook niet zou komen. Overal had ik wel iets te bezichtigen of te doen. Dat zorgde er ook voor dat er geen ruimte was voor eenzaamheid.
In de avond was ik van plan om te gaan stappen in Chora. Ik ben daar bij Negrita Bar en Skandinavian Bar geweest en ik heb daar de tijd van mijn leven gehad! Het nachtleven van Mykonos vond ik samen met dat van Santorini veruit het beste van alle eilanden waar ik geweest ben.

In je eentje een club binnenwandelen is lang niet zo’n makkelijke stap om te zetten. Meestal ga ik met een groep vrienden ergens uit en dan zitten we allemaal een beetje in onze eigen ‘bubbel’ aan het begin van de avond. Maar als je alleen bent, zul je toch echt zelf de eerste stap moeten zetten om in gesprek te raken met mensen. En dan ook nog in een land ver hiervandaan. Toch wilde ik het uitgaansleven verkennen op de eilanden en dacht ik op een gegeven moment: kan mij het schelen, ik doe het gewoon.

Het was echt alsof ik ervoor bestemd was. Als ik niet op de dansvloer stond, stond ik wel ergens buiten met iemand te praten. Mensen spraken hun bewondering uit dat ik dit reisje in mijn eentje durfde te maken. Ik kreeg vaak genoeg de vraag of ik mij niet eenzaam begon te voelen. “I enjoy being lonely”, gaf ik eens als antwoord, maar achteraf gezien is dat nou niet bepaald tactisch verwoord.


Νάξος (Naxos)

Dag 3

Brak van de avond ervoor checkte ik ‘s ochtends uit bij het hotel en bedankte ik de lieve familie. Ik nam een taxi naar de New Port waar ik wachtte op mijn ferry onder het genot van een Grieks broodje gezond en een dubbele espresso.
Op de ferry naar Naxos was ik volop aan het genieten van het uitzicht op het dek. Ik ontmoette een groep van 22-jarige Canadezen waar ik een praatje mee maakte. Zij waren ook aan het eilandhoppen!

Toen ik van de ferry afkwam, zag ik dat mijn broek en T-shirt volledig onder de roetdeeltjes zaten. Dat zal ongetwijfeld gekomen zijn door de schoorsteen van mijn (enigszins gammele) ferry. Krijg ik er wel uit, dacht ik. Mooi niet. Dat werd later pas echt leuk toen ik naar een club met UV-lampen ging, maar ik loop vooruit op de feiten merk ik.

In de haven werd ik opgewacht door de eigenaar van het hotel. Ik wist niet precies waar ik heen moest lopen, dus het werd een ongemakkelijk gesprek van foto’s heen en weer sturen over WhatsApp (daar zijn Griekse ondernemers groot fan van) om aan te duiden waar we stonden. Eenmaal aangekomen in de hotelkamer, gaf de eigenaar mij allerlei tips over vervoer, eten en drinken, stranden, enzovoorts. Ik gaf hem een handdruk en besloot de bus te pakken naar Maragkas Beach. Bij een restaurantje aan zee nam ik een club sandwich en later bij een beach club dronk ik een paar cocktails.

De sfeer van Naxos beviel mij eigenlijk meteen al enorm. Het is een soort rustgevend gevoel wat ik lastig kan uitleggen. Een retreat, noemde ik het eiland. Dat komt misschien ook omdat het een stuk minder toeristisch is dan de andere eilanden. Ook heeft het lang niet zo’n bruisend nachtleven — Naxos heeft maar twee clubs en een handjevol barretjes hier en daar.
Ik nam de bus terug naar Chora met zonsondergang en was nog nèt op tijd om de onafgemaakte tempel van Apollo, Portára, te bezichtigen met de laagstaande zon.

Het is echt een indrukwekkende plek om te staan. Zeker als je bedenkt dat dit portaal meer dan 2500 jaar oud is. Bizar.
Een Roemeens-Grieks stel vroeg ik of zij een foto van mij konden maken. Ik maakte er ook een aantal van hen twee. Ze vroegen waar ik vandaan kom; meteen volgde een blik van herkenning en zei een van de twee met een sterk Grieks accent: “Hoe gaat het?”

Diezelfde avond heb ik het eenvoudig gehouden met avondeten: een broodje gyros aan de haven. Gyros werd uiteindelijk mijn go-to ‘katervoedsel’ en vette hap na het uitgaan. Dat mis ik in Nederland wel, maar ik neem genoegen met kapsalon.
Over uitgaan gesproken: een paar uur later wilde ik een kijkje nemen dieper in Chora of er hier iets te beleven was na een uurtje of twaalf. Ik schoof aan bij een vrij chique cocktailbar, Baco, aan de haven. Daar dronk ik een ‘Ricky Martin’ (wat dat in vredesnaam ook mocht zijn, iets met bubblegum en blauwe bessen of zo). Aan de bar kletste ik met de barvrouw terwijl er een techno dj een setje stond te draaien. Ze vertelde dat haar ouders vrienden hebben op het eiland Paros en dat ze daar als kind veel is geweest. Ze was zelf nog nooit op het buureiland Mykonos geweest — waar ik toevallig net vandaan kwam. Van clubs op Ios en Santorini liet ze mij foto’s en filmpjes zien. Ook gaf ze mij enkele aanraders en tips. Ze drukte mij op het hart dat voornamelijk Ios een waar ‘zon, zuipen, ziekenhuis’-oord is en dat ik daar goed op mezelf moest letten.
Wat je moet weten: Ios heeft geen ziekenhuis. Goed, er zijn hier en daar ziekenposten, maar het aanbod van artsen is schaars. Als je iets ernstigs overkomt, moet je overgeplaatst worden naar een ander eiland. Zo vertelde de vrouw mij het verhaal van een meisje dat een black-out kreeg op een feest en met een traumahelikopter vervoerd moest worden naar Santorini.

De stemming bij bars op Naxos is fantastisch. Je zit vooral tussen Griekse vakantiegangers en nergens zijn opstootjes, iedereen is gezellig met elkaar aan het praten. Het is over het algemeen ook erg rustig overal.
Ik vroeg de bar of ik hun zoetste rum gemixt kon krijgen met cola — het resultaat was verbazingwekkend lekker. Ondertussen werd mijn bakje met nacho’s regelmatig hervuld. Nadat ik de rekening betaalde, bleef ik nog even zitten. De vrouw merkte op dat ik er na tien minuten nog steeds zat, dus zette ze knipogend nog een bakje nacho’s voor mij neer.
Een poosje later liep ik een stukje over de boulevard. Vanuit een zijsteeg hoorde ik harde muziek ontsnappen uit een bar, dus ik besloot een kijkje te nemen. Ik liep de Swing Bar binnen en nog voor ik mijn eerste drankje aan de bar besteld had, werd ik met groot enthousiasme onthaald door een groep Britten die al eerder op de avond een solo traveller uit de feesttent hadden geplukt.

Overal wordt binnen gerookt op de eilanden. In bars, clubs, zelfs enkele restaurants. Je ziet weliswaar op de meeste plekken ‘no smoking’-bordjes staan, maar niemand houdt zich eraan. En niemand zegt er ook wat van. Ik moet daar eigenlijk wel om lachen. Voor enkelen is het echter nadelig. Ik ontmoette later een solo reizigster uit Athene van rond mijn leeftijd die lijdt aan astma; voor haar is het erg verstikkend om tussen alle rokers in te staan.

Iets later op de avond bestelde het groepje dat ik eerder ontmoet had een mysterieuze buis die voor 500 milliliter gevuld was met rode shotjes. Ik moest ze ‘helpen’, want, hè, het was een beetje veel voor drie personen. Wat er de rest van die avond precies gebeurd is: geen idee. Was vast heel gezellig.

Dag 4

De volgende ochtend startte ik met een heerlijke bak Griekse yoghurt met vers fruit bij het brunchtentje op het plein achter mijn hotel. Ik wilde met de bus naar het binnenlandse dorpje Koronos gaan, maar door een wat ongunstige bustijden koos ik ervoor om Chora te gaan verkennen.
Ik pikte ergens een begrip op wat ik nog niet eerder had gelezen:

kaló mína: een goede maand gewenst

Deze begroeting vind ik bijzonder, omdat wij hem niet kennen.
Naxos’ Chora heeft vrij smalle en vooral steile steegjes. Het is een totaal ander gevoel dan ik op Mykonos kreeg wanneer ik door het stadje struinde. Alles lijkt wat kleiner en wat minder aangepast om een toeristenmagneet te zijn.

Ik trok mij terug op de kamer en nam later weer de bus naar Maragkas Beach. Daar ben ik even tot rust gekomen en heb ik na afloop bij een strandtent gegeten. De locals van Naxos, bijvoorbeeld in supermarkten of restaurants, begonnen mij steeds meer te herkennen.
Later op de avond liep ik drie meiden tegen het lijf bij de bushalte die wonen en studeren in Zweden. Ze vonden mij een Scandinavisch uiterlijk en accent hebben. Ik vond dat erg grappig om horen, vooral omdat ik vaker tijdens mijn reisje mensen tegen het lijf liep die hetzelfde dachten. Ik vertelde hen over de reis die ik aan het maken was en de eilanden die ik nog ging bezoeken. Zij wilden het liefst nog een eiland bezoeken waar ‘s avonds veel te beleven is, ik wees hen erop dat Ios de ‘place to be’ schijnt te zijn voor uitgaan. Ik bleek er achteraf gezien naast te zitten.

Na de busrit deed ik een power nap van een uurtje of twee op de hotelkamer. Nadat ik wakker werd liep ik naar de cocktailbar waar ik de dag tevoren was geweest. Ik bestelde daar een Zombie en rekende af met de aardige barvrouw die eerder ook aan de bar stond. Daarna nam ik weer poolshoogte bij de Swing Bar. Ik stond tussen allemaal locals, de Britten en Scandinaviërs waren ditmaal nergens te bekennen. Er werd Griekse clubmuziek gedraaid waar iedereen helemaal los op ging — ik verstond er echter geen moer van. Iedereen zong ook mee. Dat maakte het alleen maar grappiger dat ik er de hele nacht bleef. Dit soort dingen maak je niet mee op de toeristischere buureilanden; ik ging er bewust naar op zoek en ik slaagde in mijn zoektocht. Het voelde alsof je hier als Nederlander een beetje incognito bent.

Buiten maakte ik een praatje met een groepje Grieken. Een van hen woont op Naxos. Ik vroeg hem of het leven en werken op Naxos bevalt. Hij zei dat, voor civiele ingenieurs zoals hemzelf, er werk in overvloed te vinden was. Ook vertelde hij dat veel jongeren in Athene gaan studeren en na hun studie weer terugkomen naar het eiland waar ze vandaan komen.

Dag 5

De volgende ochtend sliep ik uit en ‘s middags nam ik de bus naar Apeiranthos. Dat is een bergdorp in het binnenland van Naxos die onveranderd door de tijd lijkt. De busrit daarheen was erg indrukwekkend; de bus reed door kronkelwegen en maakte haarspeldbochten terwijl ik het landschap bewonderde.

Het was een gekkenhuis in de bus. Meerdere mensen hadden hetzelfde plan, zo bleek.
In het dorpje bestelde ik een bord souvlaki bij een traditionele taverna, met daarbij een karaf gevuld met heerlijke lokale roséwijn — dat overigens net iets te veel was voor iemand met mijn lichaamsgewicht.
Ik wandelde nog een stuk door de smalle, steile straatjes en ging rond zessen weer terug richting Chora. Er heerst een heel aangenaam dorps sfeertje hier. De mensen zijn erg vriendelijk en vooral kalm. Ik liep bijvoorbeeld per abuis de tuin in van een oude man, hij stuurde mij glimlachend de andere kant uit zonder er een punt van te maken.

De bussen van en naar Apeiranthos gaan ongeveer vijf maal per dag. Dat klinkt voldoende, maar als je de laatste rit (rond iets na zevenen) mist, ben je dus gestrand in dit binnenlandse bergdorp.
Ik heb zeker geen spijt ervan dat ik hierheen ben gegaan. Tijdens de rit terug naar Chora viel ik een paar keer bijna in slaap, ik had immers veel gedaan diezelfde dag. Toen ik uitstapte was de zon al bijna onder: een perfecte kans om nog één keer de zonsondergang te bekijken bij Portára, dacht ik.

Aan de haven genoot ik van een broodje gyros. Terug in het hotel checkte ik uit, wenste de eigenaar mij veel plezier toe met de volgende avonturen die ik nog ging beleven en plofte ik op bed neer rond een uurtje of negen. Eigenlijk was ik nog van plan om later op de avond weer te gaan stappen, maar ik had simpelweg geen energie meer over. Ik viel dan ook vrijwel meteen in slaap.


Ίος (Ios)